De mengtrommel (Figuur 2) is het werkende onderdeel van de menger. Hij heeft een dubbele kegelvorm en is gelast met twee paren hoge en lage schoepen, kruiselings en in een vaste hoek ten opzichte van de trommelas. Wanneer de trommel draait, tillen en laten de schoepen het materiaal niet alleen zakken, maar zorgen ze er ook voor dat het axiaal heen en weer beweegt, wat resulteert in een sterke mengbeweging. Homogeen beton kan in 35-45 seconden worden bereikt. Een paar losschoepen zijn aan de binnenkant van de loskegel van de mengtrommel gelast. Deze schoepen veranderen de draairichting van de trommel, waardoor het beton van de lage schoepen naar de losschoepen en uit de trommel wordt geduwd.
De mengtrommel heeft vier steunrollen. Zowel mengen, laden als lossen worden aangedreven door een enkele motor. Wanneer de motor wordt ingeschakeld, stroomt de stroom door het transmissiesysteem, waardoor de mengtrommel draait om het materiaal binnenin te roeren. Omgekeerde rotatie van de motor voert het materiaal uit de mengtrommel af.